Dirk De Bosschere eert Nacht van Vlaanderen

Patrick Demarest

05/12/2025
Cultuur sport

Torhout zet zijn grootste sportevenement, de Nacht van Vlaanderen, op een unieke manier in de kijker. Twee gedichten van stadsdichter Dirk De Bosschere krijgen een permanente en prominente plaats in het sportcentrum Benny Vansteelant. Deze artistieke toevoeging benadrukt hoe sport en cultuur hand in hand gaan in onze stad.


De samenwerking tussen de stadsdichter Dirk De Bosschere, de Nacht van Vlaanderen, cartoonist O’sekoer en het Lokaal Bestuur Torhout maakt dit project bijzonder. Het resultaat is een blijvende herinnering aan een evenement dat jaarlijks duizenden sportliefhebbers samenbrengt.


Met mijn woorden wil ik de ziel van de Nacht van Vlaanderen vangen: het doorzettingsvermogen, de verbondenheid en de magie van een Torhoutse traditie die mensen samenbrengt,” zegt Dirk De Bosschere.


Dit project toont hoe sport en cultuur elkaar versterken. Het is een prachtige manier om onze grootste sportmanifestatie een blijvende plaats te geven in het hart van Torhout,” aldus Pieter Billiet, schepen van Sport en Lieselotte Denolf, schepen van Cultuur.

Leuke quotes op de winddoeken

De Stadsdichter zorgde eerder al voor leuke quotes op de winddoeken langs de atletiekpiste en polyvalente baan, waardoor het sportcentrum een extra creatieve toets kreeg. Met deze creatieve ingreep krijgt de Nacht van Vlaanderen niet alleen een podium tijdens het evenement, maar ook een permanente plek in het hart van onze sportinfrastructuur.


Over het lopen schreef Dirk het volgende...


Je kan hier over de koppen lopen.


Allen in de roes van de race. Spanning en stress

aan de start, strak in het gestroomlijnde pak.

Een schot dat uit de lucht komt vallen.


Je te pletter lopen, zweten tegen beter weten in,

of juist zeer goed weten wat je doet.


De kleurige stoet schiet uit de startblokken.

Duizenden felgekleurde voeten roffelend op

het zwarte tarmac, allen in balans, elk zijn cadans.


Het amechtig ademen, verbeten hijgen suist

door de keel, gevat in een borst van albast.


Tien, eenentwintig of tweeënveertig, de afstanden,

de eindeloze honderd verdween in de nacht.

Het is een eenzame strijd, atleet tegen tijd.


Kilometers malen, vreten, tegen beter weten in,

of juist zeer goed weten wat je doet.


Losgeslagen beenspieren nemen een loopje

met de klok. De eindmeet, geen meter te ver,

de overwinning op jezelf.


De euforie erna zegeviert.


En over het wandelen...


Geduldig, wat verderop, weg van

het gedrum en drukte, staan de wandelaars verzameld.


Goed geschoeid, strak geveterd, gepakt en gezakt

om stevig op stap te gaan. Klaar om een nachtje

door te trekken, voorbijgaan aan het alledaagse.

Iedere stap telt en dat honderd kilometer lang.


De rustige cadans, schier zonder haast, klinkt

door de straten van Torhout. Het is geen water

meer naar zee dragen, het is een lus.


Talloze benen scharen, versnijden, versnipperen

ettelijke kilometers tot luttele meters. De blik op de

oneindige einder, onvermijdelijke donkere gedachten,

dolen door de eenzame nacht (en toch die verbondenheid).


Zij die het halen, zijn alvast een hel(e) ervaring en

een aantal voetblaren rijker.